Shorttracker Kay Huisman is het World Cup-seizoen goed begonnen. In het Canadese Montréal reikte hij tot de kwartfinales op de 500 meter en een 14e plaats in de eindrangschikking.
Op de 1000 meter werd hij 23e. Op de 500 meter begon Kay sterk door de twee voorronden met glans te overleven. In de eerste rit werd hij tweede met een tijd 0,1 seconde boven zijn PR. In de tweede rit ging hij van de start af aan kop, won de rit en hield daarmee de Italiaanse topper Pietro Sighel achter zich. In de kwartfinale moest hij het opnemen tegen onder andere Shaolin Liu, die in 2021/2022 nummer twee van de wereld was. Ook reed hij tegen de Kazachse rassprinter Denis Nikisha en de even sterke Canadees Felix Roussel. In die kwartfinale had Kay lang zicht op het bereiken van de noodzakelijke tweede plek, maar in het gevecht om plek 1 tot en met 4 viel hij wat stil en werd vierde. Hij bereikte de eindrangschikking daarmee een 13e plek in een veld van 57 rijders.
Op de 1000 meter had er in het veld van 53 rijders meer in gezeten dan de 23 e plaats. Dat kwam doordat Kay op de openingsdag in de voorronde een klein foutje maakte. Hij reed sterk en snel op de tweede plaats, die goed zou zijn voor een plaats in de kwartfinale. Hij liet echter een Japanner passeren, waardoor hij moest herkansen. De eerste rit daarvan won Kay overtuigend. In de tweede
rit, die hij moest winnen om door te gaan, reed hij minstens zo sterk. Hij had echter de pech te rijden tegen de geroutineerde wereldtopper Dubois, die er in de finale met het zilver vandoor ging.
Opvallend aan de ouverture van het internationale shorttrackseizoen was de zeer sterke bezetting van toplanden als Canada, Korea, Japan en vooral China, waar de beide broers Liu tegenwoordig voor uitkomen. Wat vertrouwen geeft voor de tweede World Cup (komend weekeinde andermaal in Canada) is dat Kay in het sterke veld elke rit heel goed meekon in de strijd om topklasseringen én dat hij op het niet snelle ijs van Montréal wel snelle tijden reed.