Bestuurinfo

De volgende bestuursvergaderingen zijn gepland:

  • Dinsdagavond 10 oktober 20 uur op de Uithof
  • Dinsdagavond 28 november 20 uur op de Uithof
  • Dinsdagavond 19 december 19.30 uur ALV en Kerstborrel
  • Dinsdagavond 30 januari 2024 20 uur op de Uithof
  • Dinsdagavond 5 maart 2024 20 uur op de Uithof
  • Maandagavond 15 april 2024 20 uur bij WWV
  • Maandagavond 17 juni 2024 20 uur bij WWV
  • Maandagavond 24 juni 2024 20 uur bij WWV ALV
  • (reserve) Maandagavond 8 juli 2024 bij WWV (net voor de zomervakantie)

Het Long Term Athlete Development (LTAD) is een brede, onderbouwde visie op de sport. Het geeft een beleid weer, waarin de structuur, de organisatie en de inhoud gaan over hoe deelnemers en talentvolle sporters worden getraind en vaardigheden ontwikkelen in de loop der jaren met als doel deze mensen een levenslang plezier aan de sport te laten beleven. Het trainen van de juiste componenten in de juiste ontwikkelingsfase is de sleutel tot succes voor alle sporters, van beginners tot aan Olympische sporters.

ltad

LTAD gaat uit van een indeling van een sportloopbaan in zeven verschillende ontwikkelingsfasen. Het is een leidraad voor het maken van de juiste beslissingen in het belang van talentontwikkeling in de sport. Ook voor de KNSB en onze HVHW trainers en coaches hét uitgangspunt voor het begeleiden van sporters en bij het ontwikkelen van jaarplannen en meerjarenopleidingsplannen. Het streeft naar maximale ontwikkeling van alle sporters en bovenal het bevorderen van levenslange plezier in het sporten. Het LTAD beschrijft optimale trainingen, wedstrijden en herstelprogramma’s hoofdzakelijk gebaseerd op biologisch leeftijd boven chronologische leeftijd. Het model biedt mogelijkheden om sporters op verschillende manieren te trainen op het moment wanneer dit de grootste invloed heeft op het lichaam. Daarnaast worden de intellectuele, emotionele en sociale ontwikkelingen van de sporter benadrukt, als aanvulling op het feit dat sport een positieve rol kan spelen op de ontwikkeling en vorming van een gezond, functioneel en productief individu.

Agenda ALV HVHW maandag 22 mei 2023
Aanvang 20.00 uur (inloop vanaf 19.30 uur) in de kantine van Westland Wil Vooruit Honselersdijk

  1. Opening en mededelingen
  2. Vaststellen agenda ALV
  3. Vaststellen notulen ALV 13 december jl.
  4. Bestuursverkiezing (vanwege een vacature). * Kandidaten kunnen zich nog melden bij de
    secretaris. Bij het bestuur heeft Ingrid Brul zich gemeld voor de functie van penningmeester
    en het bestuur stelt de ALV voor haar te benoemen (zie bijgaand voorstelstukje).
  5. Vaststelling Begroting
  6. Bemensing commissies HVHW
  7. Sportieve beleid HVHW
  8. Korte terugkoppeling van de overige zaken waar het bestuur zich mee bezig houdt
  9. Rondvraag
  10. Sluiting

HVHW Huishoudelijk Reglement
Vastgesteld in de Algemene Vergadering van 31 mei 2022

 

HARDRIJVERENIGING DEN HAAG WESTLAND HUISHOUDELIJK REGLEMENT

 

Algemeen

Artikel 1: Huishoudelijk reglement

    1. Dit huishoudelijk reglement is het reglement als bedoeld in artikel 25 van de statuten van de Hardrijvereniging Den Haag Westland, hierna te noemen HVHW.

    1. Een huishoudelijk reglement regelt de interne organisatie en werkwijze van de vereniging in aanvulling op de statuten. Mocht er sprake zijn van tegenstrijdige bepalingen dan zijn de statuten van een hogere orde en daarmee dus leidend.

    2. In de gevallen waarin dit reglement niet voorziet, of waarover twijfel bestaat, beslist het bestuur.

    3. Wijzigingen in dit Huishoudelijk Reglement behoeven de goedkering van de Algemene Vergadering.

    4. Dit reglement is vastgesteld door de Algemene Vergadering (AV) gehouden op 31 mei 2022.

 

Bestuur, bestuurscommissies en financieel mandaat

Artikel 2: Bestuur

    1. De vereniging heeft ingevolge de statuten een algemeen bestuur:

      1. Het bestuur bestaat tenminste uit drie leden (tenminste 18 jaar) met de functie van voorzitter, secretaris en penningmeester. Deze bestuursleden worden in functie door de Algemene Vergadering benoemd.

      2. Het bestuur kan worden uitgebreid met één of meerdere leden met een specifieke deskundigheid of portefeuille eveneens door de Algemene Vergadering te benoemen.

      3. Ter bevordering van de integriteit van de vereniging, worden kandidaat-bestuursleden voor toetreding tot het bestuur getoetst. Die toetsing vindt ook plaats in het geval van herbenoeming van een zittend bestuurdlid voor een tweede bestuurstermijn.

      4. Het doel van toets is het zekerstellen dat gedrag in het verleden geen bezwaar vormt voor het vervullen van de taken als bestuurslid van de vereniging. Een kandidaat-bestuurslid dient hiertoe een “Verklaring Omtrent

        Gedrag” (VOG) te overleggen. Daarnaast moet de kandidaat zijn identiteit kunnen aantonen door middel van een geldig legitimatiebewijs.

      5. Integriteitstoetsing van nieuwe bestuursleden gebeurt in principe vóór benoeming door de Algemene Vergadering. De Algemene Vergadering kan echter tevens een bestuurslid voorwaardelijk benoemen vooruitlopend op een positieve uitkomst van de toetsing binnen een termijn van maximaal 3 maanden.

      6. Een kandidaat-bestuurslid dat geen VOG kan overleggen, kan niet als bestuurslid aantreden. Indien dit voorafgaand aan de kandidatuur voor de ALV al duidelijk is, kan hij/zij niet worden voorgedragen aan de Algemene Vergadering. Indien dit pas blijkt nadat het kandidaat-bestuurslid voorwaardelijk door de Algemene Vergadering is benoemd of de termijn onder lid e) is verstreken, zal de voorwaardelijke benoeming per direct komen te vervallen.

    2. De voorzitter is belast met:

      1. de algemene leiding van het bestuur;

      2. coördinatie van de activiteiten van het bestuur en is eindverantwoordelijk voor de uitvoering van het bestuursbeleid;

      3. het erop toezien dat de bestuursleden de hun bij het huishoudelijk reglement opgelegde werkzaamheden naar behoren verrichten;

      4. het leiden van de bestuurs-en algemene vergaderingen;

      5. het namens de vereniging aanwezig zijn bij plaatselijk/regionaal/landelijk bestuurlijk overleg;

      6. de woordvoering namens de vereniging.

    3. De secretaris is belast met:

      1. het in overleg met de voorzitter/penningmeester opstellen van de agenda voor een bestuursvergadering en algemene vergadering;

      2. het bijhouden van de notulen van de vergaderingen;

      3. het aankondigen van vergaderingen, bijeenkomsten, verkiezingen en stemmingen;

      4. het voeren van correspondentie en archiveren daarvan van alle door hem ontvangen en verzonden brieven, voor zover dit niet behoort tot de taak van een ander bestuurslid;

      5. het opstellen van een jaarverslag;

      6. het schriftelijk mededelen van een schorsing of ontzetting, als bedoeld in artikel 10 van de statuten.

    4. De penningmeester is belast met:

       

      1/11


      HVHW Huishoudelijk Reglement
      Vastgesteld in de Algemene Vergadering van 31 mei 2022

       

      1. de inning en het beheer van de gelden van de vereniging;

      2. het bijhouden van de boekhouding;

      3. het voeren van correspondentie over financiële zaken en het archiveren van alle door hem ontvangen en verzonden brieven voor zover de betrekking hebben op de financiën van de vereniging;

      4. het indienen van een jaarbegroting;

      5. het opstellen van een financieel verslag;

      6. Regelt verzekeringen, subsidies;

      7. Doet voorstellen aan het bestuur voor de hoogte van de contributies.

    5. Het bestuur vergadert zo vaak als nodig maar tenminste 4x per jaar.

    6. Bestuursvergaderingen kunnen ook online gehouden worden

    7. Onder verwijzing naar Artikel 5: voert het bestuur tenminste 2x per jaar een gezamenlijk overleg met de voorzitters van de door het bestuur opgerichte commissies. Daarnaast zal een vertegenwoordiger vanuit het bestuur met enige regelmaat aansluiten bij vergaderingen van een der commissies.

    8. Het bestuur stelt jaarlijks een begroting op waarin de kostenramingen van de commissies zijn gespecificeerd. Deze begroting wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de AV

    9. De AV komt minimaal eenmaal maar bij voorkeur tweemaal per jaar bijeen: een voorjaarsvergadering (verplicht) voor onder meer vaststelling van het budget en contributie, en een najaarsvergadering voor onder meer de vaststelling van de jaarrekening.

    10. Het bestuur is niet aansprakelijk voor letsel en/of schade, in welke mate dan ook, toegebracht aan leden en/of ouders en overige aanwezigen tijdens trainingen en/of wedstrijden die plaatsvinden buiten of op de ijsbaan van de Uithof of welke accommodatie dan ook waar wedstrijden en/of trainingen van HVHW plaatsvinden.

    11. Evenmin is zij aansprakelijk voor diefstal van persoonlijke eigendommen van leden en/of begunstigers. Schade aan eigendommen van de vereniging of van de ijsbaan waar de vereniging onderdak heeft of krijgt, wordt in rekening gebracht bij degene die de schade heeft veroorzaakt.

Artikel 3: Aftredingsschema

    1. Voor de bestuursleden geldt een zittingstermijn van drie jaren.

    2. Alle bestuursleden kunnen terstond door de AV worden herbenoemd voor een nieuwe periode van drie jaren. Daarna is herbenoeming niet meer mogelijk.

    3. Ter borging van de continuïteit treden de in functie benoemde bestuursleden zo mogelijk jaarlijks om beurten af, te beginnen met het langst zittende lid.

 

Artikel 4: Financieel mandaat tot het doen van betalingen

    1. Betalingen vinden in beginsel slechts plaats door bij de KvK geregistreerde tekenbevoegde bestuursleden. Dat zijn minimaal de penningmeester en de voorzitter.

    2. Het financieel beheer ligt primair in handen van de penningmeester. De voorzitter (en eventueel anderen) zullen zich daarom in de praktijk onthouden van het doen van betalingen en slechts in noodgevallen gebruikmaken van hun bevoegdheid.

    3. Voor de volgende betalingen is geen aanvullende goedkeuring noodzakelijk en vindt eventuele toelichting en verantwoording richting de AV achteraf plaats:

      1. Stortingen op en overboekingen tussen HVHW-rekeningen;

      2. Declaraties van trainersvergoedingen tot een maximum van de maximale fiscaal vrijgestelde

        vrijwilligersvergoeding (voor 2021 is dat €1800) mits door betrokken commissie goedgekeurd;

      3. Overige declaraties door leden/ vrijwilligers tot €1000 voor uitgaven waarvoor van tevoren reeds door het

        bestuur toestemming is verleend;

      4. Reguliere - al dan niet jaarlijks terugkerende - betalingen aan derden (zoals lidmaatschap KNSB, abonnementsgelden, ijshuur en verzekeringen) conform de lopende begroting;

      5. Niet-reguliere uitgaves & betalingen aan derden tot maximaal €500 per keer slechts op basis van op een naam van HVHW gestelde factuur.

    4. Voor de volgende betalingen is naast goedkeuring van de penningmeester ook instemming van de voorzitter noodzakelijk, maar vindt eventuele toelichting en verantwoording richting de AV achteraf plaats:

      1. overige declaraties door leden/vrijwilligers boven €1000 tot een maximum van €5000, mits gespecificeerd én

        waarvoor van tevoren door het bestuur toestemming is verleend;

      2. niet-reguliere uitgaves & betalingen aan derden van €500 tot maximaal €5000 per keer slechts op basis van op een op naam van HVHW gestelde factuur,

         

        2/11


        HVHW Huishoudelijk Reglement

        Vastgesteld in de Algemene Vergadering van 31 mei 2022

         

      3. niet-reguliere uitgaves boven €5000 op basis van een eerder door de AV goedgekeurde verplichting

    5. Alle overige betalingen dienen eerst als voorgenomen verplichting aan het bestuur of (al dan niet als onderdeel van de begroting) ter goedkeuring aan de AV te worden voorgelegd.

 

Artikel 5: Commissies

    1. HVHW heeft binnen de vereniging een grote behoefte aan vrijwilligers die naast de bestuurstaken praktische zaken willen regelen of aan evenementen kunnen meewerken. HVHW verwacht van haar leden (en ouders) een coöperatieve instelling om periodiek een bijdrage te leveren aan het gemeenschappelijk belang.

    2. Met uitzondering van de kascommissie kan het bestuur commissies instellen. Voor de kascommissie geldt het bepaalde in de statuten onder artikel 16 lid 5. Daarnaast zijn de volgende commissies zijn bij de vaststelling van dit huishoudelijk reglement van kracht:

      1. Technische Commissie (TC);

      2. Jeugdcommissie (JC);

      3. Langebaancommissie (LC);

      4. Shorttrackcommissie (SC);

      5. Skatecommissie (SkC);

      6. Wedstrijdcommissie;

      7. Mediacommissie;

      8. Kledingcommissie;

      9. Sponsorcommissie.

    3. De taken van de genoemde commissies worden door het bestuur vastgesteld en worden op de website van HVHW kort toegelicht.

    4. De commissies dragen zorg voor een adequate verslaglegging van hun activiteiten en beraadslagingen, en tijdige communicatie hierover naar de leden en het bestuur van de vereniging.

    5. Het bestuur draagt zorg voor een adequaat functioneren en noodzakelijke personele bezetting van de diverse commissies. De samenstelling van de commissies wordt op de website van HVHW gepubliceerd.

    6. De leden worden benoemd en geschorst door het bestuur.

    7. De commissies benoemen uit hun midden een voorzitter in overleg met het bestuur.

    8. De Langebaancommissie, Shorttrackcommissie, Skatecommissie dragen ieder voor hun discipline zorg voor:

      1. het verzorgen van kwalitatief hoogwaardige trainingen op de verschillende niveaus (breedtesport, wedstrijdsport, topsport).

      2. Het stimuleren van deelname aan de wedstrijden (ieder op zijn niveau).

      3. Het herkennen, ontwikkelen en begeleiden van talent.

      4. Het werven en (bij)scholen van trainers & coaches binnen de discipline.

      5. Overleg en afstemming met de GTC (Gewestelijke Technische Commissie) Langebaan, respectievelijk Shorttrack of Inline Skate

      6. Het organiseren van een clubkampioenschap voor hun discipline.

      7. (Mede)organisatie van activiteiten gericht op werving & behoud van leden/ vrijwilligers,

      8. Stimulering van de verenigingsband en een veilig sportklimaat

      9. Het tijdig opstellen van een jaarlijkse begroting voor de respectievelijke commissie

    9. De Jeugdcommissie draagt zorg voor:

      1. Gedurende het winterseizoen kinderen in de leeftijd van 6 t/m 12 jaar (pupillen) leren schaatsen op de langebaan

      2. Kennismaking met schaatsen als wedstrijdsport en begeleiding en coaching daarbij

      3. Het herkennen, ontwikkelen en begeleiden van talent.

      4. Het werven en (bij)scholen van trainers & coaches voor het jeugdschaatsen.

      5. Stimulering van multidisciplinaire beoefening van de schaatssport middels deelname aan jeugdtrainingen shorttrack, inlineskaten en deelname aan het HVHW-zomerprogramma

      6. Regulier overleg en afstemming met Jeugdcoördinatoren van andere verenigingen binnen het gewest Zuid- Holland alsmede met de GTC (Gewestelijke Technische Commissie) Jeugd,

      7. Het samen met de wedstrijdcommissie organiseren van een clubkampioenschap pupillen langebaan.

      8. (Mede)organisatie van activiteiten gericht op werving & behoud van leden/vrijwilligers,

      9. Stimuleren van de verenigingsband en een veilig sportklimaat

      10. Het tijdig opstellen van een jaarlijkse begroting voor de jeugdcommissie

    10. De technische commissie draagt zorg voor:

       

      3/11


      HVHW Huishoudelijk Reglement
      Vastgesteld in de Algemene Vergadering van 31 mei 2022

       

      1. het ontwikkelen, actualiseren en uitdragen van het sporttechnische beleid van HVHW (van breedtesport tot en met de topsport) en doet dat voor alle disciplines gezamenlijk en zo veel als mogelijk in samenhang.

      2. HVHW-brede afstemming van de behoefte aan trainingsfaciliteiten, trainingsmiddelen, opleidingen en bijscholing.

      3. Toezien op de algehele organisatie, doelstellingen en kwaliteit van trainingen en wedstrijden en hier zo nodig op bijsturen.

      4. Per seizoen in overleg met de SC/LC/SkC/JC de sportieve (beleids)doelen opstellen, ze gedurende het seizoen monitoren, en waar nodig van (aanvullende) acties voorzien.

      5. In overleg met de skatecommissie de multi-disciplinaire coördinatie van de inhoud van het zomerprogramma.

      6. Sturing op en monitoring van talentontwikkeling en talentbegeleiding binnen de vereniging alsmede ook t.a.v. HVHW-talenten die onder auspiciën van een KNSB of KNSB-gewestelijke selectie rijden.

      7. In overleg met hoofdtrainers samenstellen van de selecties (TSG, OG, Rookies etc.) binnen het HVHW- talentontwikkelingsprogramma

    11. De wedstrijdcommissie draagt zorg voor:

      1. Het in samenwerking met betreffende commissie (mede-)organiseren van clubkampioenschappen in betreffende disciplines.

      2. Het tijdig samenstellen van en leveren van (bijdragen aan) ter zake kundige jury teams (o.a. scheidsrechter, handklokkers, ET-schrijver, omroeper, rechter van aankomst, starters en hulpstarters etc).

      3. Het bij toerbeurt organiseren van (abonnementhouders)wedstrijden op de Uithof.

      4. Het bevorderen van jury-deskundigheid middels het coachen en begeleiden van juryleden in opleiding.

      5. Regulier overleg en afstemming aangaande wedstrijdorganisatie en jury-aangelegenheden met vertegenwoordigers van andere verenigingen en de baancommissie.

 

Artikel 6: Klachtencommissie

    1. Indien een lid het oneens is met besluiten van het bestuur, de commissies of met het bepaalde in de reglementen nodigt het bestuur het lid uit en verneemt zijn/haar grieven. Het bestuur neemt daarna een standpunt in en deelt dit het lid schriftelijk mee. Tegen dit besluit is geen verder verweer meer mogelijk.

    2. Het bestuur kan een klachtencommissie instellen. Het reglement van de klachtencommissie is gelijk aan het model opgesteld door van NOC/NSF.

 

Leden, Ledenadministratie en Contributie

Artikel 7: Rechten en plichten van de leden

    1. Elk lid heeft bij toetreding het recht op inzage in een exemplaar van de statuten en van het huishoudelijk reglement en kan deze kosteloos van de website downloaden.

    2. Elke abonnementhouder heeft recht op deelname aan de training van de hem betreffende trainingsgroep, tenzij door het bestuur dat recht is ontzegd.

    3. Een aspirant lid kan volgens voorwaarden van het bestuur enige tijd proeflessen volgen alvorens zich bij de vereniging in te schrijven. De penningmeester beslist over de financiële voorwaarden van de proefperiode.

    4. Een aspirant lid mag geen openstaande verplichtingen bij andere bij de KNSB aangesloten schaatsverenigingen, stichtingen, trainers en de KNSB hebben.

    5. Een lidmaatschap van HVHW wordt aangegaan tot het einde van het boekjaar (van 1 mei tot en met 30 april) en wordt zonder schriftelijke opzegging automatisch jaarlijks verlengd.

    6. Opzegging van het lidmaatschap moet uiterlijk vier weken 4 weken voor het einde van het

      verenigingsjaar (dus vóór 1 april) schriftelijk bij de ledenadministratie kenbaar zijn gemaakt. Bij een opzegging na deze datum is de contributie (lidmaatschapsbijdrage) voor het nieuwe boekjaar geheel verschuldigd.

    7. Ieder lid heeft het recht voorstellen aan het bestuur te doen.

    8. Leden dienen zich naar vermogen in te zetten voor verenigingsactiviteiten.

    9. In aanvulling op artikel 5 van de HVHW-statuten is ieder lid verplicht:

      1. bij beëindiging van het lidmaatschap alle verplichtingen ten opzichte van de vereniging na te komen zoals die bestaan tot aan de dag van beëindiging.

      2. tot tijdige betaling van de contributie dan wel bij dreigende in gebreke blijven daarvan onverwijld met de penningmeester contact op te nemen;

         

        4/11


        HVHW Huishoudelijk Reglement
        Vastgesteld in de Algemene Vergadering van 31 mei 2022

         

      3. De gedragsregels die gelden voor de kunstijsbaan resp. trainingsaccommodatie tijdens de trainingsuren van HVHW na te leven en de aanwijzingen van een lid van het bestuur, een lid van de KNSB-baancommissie, accommodatiepersoneel of HVHW-trainers & -kaderleden op te volgen.

 

Artikel 8: Ledenadministratie

    1. Het bestuur benoemt een ledenadministrateur uit haar midden of uit het midden van de leden. Deze is verantwoordelijk voor de ledenadministratie en de aanvragen van schaatsabonnementen bij het gewest Zuid-Holland.

    2. De ledenadministratie dient gekoppeld te zijn aan de financiële administratie zodat elk moment de uitstaande vorderingen in beeld kunnen worden gebracht. De penningmeester kan hiertoe de ledenadministrateur een inzagerecht geven op de bankrekening waarop de vorderingen door de leden op voldaan dienen te worden.

    3. De penningmeester is namens het bestuur gerechtigd om leden (eventueel via de ledenadministrateur) aan te manen om openstaande verplichtingen te voldoen.

    4. De penningmeester is namens het bestuur gerechtigd individuele betalingsregelingen (zoals gespreide betaling, specifieke incassomomenten etc.) af te spreken. Met dien verstande dat:

      1. Een betalingsregeling toe ziet op een volledige inning van een uitstaand bedrag binnen één verenigingsjaar;

      2. Gespreide betalingsmomenten per verenigingsjaar beperkt blijft tot maximaal 4 termijnen;

      3. Er geen sprake is van korting of kwijtschelding;

      4. Betalingsafspraken met inachtneming van de privacy worden opgenomen in het financieel jaarverslag van de penningmeester;

      5. Als de penningmeester in afwijking op het bovenstaande specifieke of aanvullende afspraken wil maken hij dit eerst aan het bestuur ter goedkeuring voorlegt.

    5. Indien een lid na 3 maanden niet heeft betaald óf niet voldaan heeft aan een afspraak uit een eerder overeengekomen betalingsregeling kan royering als HVHW-lid volgen. Royering van het lidmaatschap laat openstaande betaalverplichtingen echter onverlet.

    6. De ledenadministrateur legt verantwoording af aan de penningmeester of indien beide functies samenvallen aan het bestuur.

 

Artikel 9: Contributie

    1. De leden zijn jaarlijks gehouden tot het betalen van een door de AV vastgestelde contributie (bestaande uit verenigingscontributie en KNSB-bondsafdracht) vermeerderd met specifieke kosten gedifferentieerd naar de activiteiten binnen de vereniging waaraan het lid deelneemt. Deze kosten kunnen o.a. bestaan uit de kosten voor het volgen van trainingen (trainersvergoeding, trainingsmiddelen en -faciliteiten), de kosten van de door de KNSB uit te geven abonnementen, wedstrijdvastrecht etc.

    2. Voor vrijwilligers die naast hun functie geen sportbeoefenaar zijn wordt de contributie op nul gesteld. De bondsafdracht aan de KNSB wordt, indien vereist, door de vereniging voldaan.

    3. De contributie(s) word(en)t via een automatische incasso geïnd, waartoe de leden de penningmeester van de vereniging hebben gemachtigd.

    4. Indien het lid in gebreke blijft met de betaling van de contributie zal de vordering verhoogd worden met de wettelijke toegestane incassokosten. Bij uitblijven van betaling na een herinnering en een aanmaning zal het opstaande bedrag via een deurwaarder geïncasseerd worden.

    5. Ereleden en leden van verdienste zijn vrijgesteld van uitsluitend de verenigingscontributie.

    6. Restitutie van contributies, abonnementsgelden etc. kan niet plaatsvinden tenzij het bestuur anders besluit.

    7. De AV stelt jaarlijks - op voordracht van de penningmeester namens het bestuur - een voorgenomen aanpassing van de verenigingscontributie definitief vast.

    8. Indien de voorgenomen verhoging van de contributie minder dan de Consumenten Prijs Index (CPI) bedraagt is het bestuur gerechtigd deze zonder expliciete goedkeuring van de AV ingaande een nieuwe verenigingsjaar door te voeren.

 

Trainingen, Wedstrijden, Evenementen en hieraan verbonden kosten & vergoedingen

Artikel 10: Aanbod Trainingsprogramma

    1. Voor het winterseizoen stelt de ledenadministrateur op basis van de door de baancommissie aan HVHW ter beschikking gestelde ijsuren en eventuele quota per discipline én in overleg met de betrokken commissies het trainingsaanbod op.

       

       

      5/11


      HVHW Huishoudelijk Reglement
      Vastgesteld in de Algemene Vergadering van 31 mei 2022

       

    2. Voor het zomerseizoen stellen de skatecommissie en technische commissie in gezamenlijke vergadering - op basis van de beschikbaarheid van de verschillende trainingsaccommodaties – het trainingsaanbod voor de verschillende doelgroepen vast.

    3. Het overzicht van de beschikbare trainingsuren per seizoen wordt op de HVHW-site vermeld.

    4. Ieder winter én zomerseizoen worden de voorkeuren van de leden geïnventariseerd aan de hand van expliciete inschrijving. Aan deze inschrijving is een uiterste inschrijftermijn verbonden.

    5. Op basis van de inschrijvingen worden de trainingsgroepen samengesteld alsmede de bijbehorende trainingsuren en trainerscapaciteit voor de groep ingepland.

    6. Indien bij de inschrijving geen voorkeur voor een trainingsuur is opgegeven deelt de ledenadministrateur of verantwoordelijke commissie in naar rato van beschikbaarheid.

    7. Leden die hun inschrijving pas na de uiterste inschrijftermijn gestand doen, worden pas ingedeeld nadat alle reguliere/ tijdige inschrijvingen zijn verwerkt. Men loopt in voorkomend geval het risico dat een voorkeur trainingsuur vol zit.

    8. HVHW-leden die deel uitmaken van een gewestelijke selectie of KNSB Talent Team vallen buiten het trainingsaanbod van HVHW maar dienen hun trainingsuren wel via de HVHW-ledenadministratie af te nemen.

    9. Het bestuur kan aanvullende eisen stellen ten aanzien van het dragen van persoonlijke bescherming zonder welke niet aan een HVHW-training deelgenomen mag worden. Te denken valt onder meer aan:

      1. een schaatshelm en handschoenen bij het jeugdschaatsen op de langebaan;

      2. een schaatshelm, snijvrije handschoen, nekbescherming en knie/scheenbeschermers bij het shorttrack;

      3. het dragen van een (fiets)helm, en pols- en kniebeschermers bij het inline skaten;

      4. het dragen van een fietshelm en fietshandschoentjes bij het wielrennen.

    10. Het bestuur kan verlangen dat een (aspirant) lid voldoende elementaire en basisvaardigheden voor het schaatsen resp. inline skaten beheerst om te kunnen deelnemen aan de door HVHW te geven trainingen. Het bestuur raadpleegt hiervoor de betreffende commissie die door een ervaren (zo mogelijk gediplomeerde) trainer het aspirant lid voor de betreffende discipline een “proef” kan doen laten afnemen.

    11. Het bestuur kan bij een te grote belangstelling óf in het geval van een extern opgelegd quotum voor een trainingsuur - op voordracht van een commissie en/of ledenadministrateur - besluiten tot het instellen van een wachtlijst.

      Hierbij worden de volgende uitgangspunten gehanteerd:

      1. Leden worden verzocht in alle redelijkheid mee te werken aan een eventuele mogelijke plaatsing op een ander gelijkwaardig uur waar nog wel ruimte is

      2. Leden die meerdere trainingsuren per week afnemen worden verzocht in alle redelijkheid mee te werken door een training op een druk trainingsuur te laten vervallen en/of deze op een ander moment af te nemen.

      3. Bestaande leden gaan voor aspirant leden en zgn. proefschaatsers

      4. Leden vóór het verstrijken van de inschrijftermijn zijn ingeschreven gaan voor op degenen die te laat zijn.

 

Artikel 11: Deelname aan wedstrijden & wedstrijdorganisatie

    1. Rijders dienen zelf voor wedstrijden in te schrijven en te zorgen voor de wedstrijdlicenties. Zie ook hiervoor het bepaalde in artikel 13.9 over inschrijfkosten bij wedstrijden.

    2. Bij deelname aan wedstrijden stelt HVHW, indien mogelijk, een coach beschikbaar. Zeker voor pupillen zal daarnaar worden gestreefd

    3. Ieder lid met een wedstrijdabonnement (en in het geval van een jeugdlid tot 16 jaar een ouder/verzorger), kan door de wedstrijdcommissie worden aangezocht als jurylid en/of ter assistentie van de wedstrijdorganisatie op een dag dat HVHW verplicht is jury te leveren.

 

Artikel 12: Evenementen

    1. Een evenement kan alleen worden gehouden onder de naam van de vereniging na goedkeuring van het bestuur. Het bestuur is bevoegd aanwijzingen te geven bij de organisatie en een bestuurslid aan te wijzen in het organisatiecomité.

    2. Leden hebben het recht deel te nemen aan alle activiteiten die door of in naam van de vereniging worden georganiseerd. Er kunnen activiteiten worden georganiseerd voor een specifieke doelgroep, maar alleen als het bestuur hier goedkeuring aan geeft.

    3. Het bestuur is gerechtigd voor specifieke evenementen inschrijfgeld of een eigen bijdrage te vragen, die per evenement verschillend kunnen zijn.

 

6/11


HVHW Huishoudelijk Reglement
Vastgesteld in de Algemene Vergadering van 31 mei 2022

 

Artikel 13: Trainersvergoeding & kostenvergoeding wedstrijden en trainingskampen

    1. Trainers kunnen voor het verzorgen van trainingen op declaratiebasis een trainersvergoeding aanvragen. Uitgangspunt is, dat het geven van trainingen en jeugdschaatslessen wordt gedaan door vrijwilligers, die hun hobby dienstbaar maken aan de club.

    2. De door het bestuur vast te stellen vergoeding geldt per verzorgd trainingsuur en is afhankelijk van het niveau van een geldende trainerslicentie (Geen, SB1, SL2, ST3 en hoger; NB indien de trainerslicentie is verlopen dan wordt als niveau SB1 aangehouden).

    3. Trainersvergoedingen zijn fiscaal vrijgesteld tot een jaarlijks door de overheid vast te stellen maximum. HVHW keert per persoon per jaar niet meer dan voornoemde fiscale vrijstelling aan trainersvergoedingen uit.

    4. Er wordt geen vaste vergoeding verstrekt voor coaching en begeleidingen tijdens wedstrijden. Het bestuur kan een reiskostenvergoeding per km vaststellen, indien geen gebruik kan worden gemaakt van meerijden met de (ouders van) deelnemers aan wedstrijden buiten de Uithof.

    5. Vergoeding van verblijf- & overnachtingskosten voor een coach in geval van een meerdaagse wedstrijd buiten de KNSB Regio Zuid-West vindt alleen plaats na voorafgaande toestemming door het bestuur.

    6. Kosten van trainingskampen komen in hun geheel voor rekening van de deelnemers, tenzij er vooraf met bestuur (al dan niet vastgelegd in de begroting) en/of met HVHW-sponsoren specifieke afspraken over een bijdrage in de kosten zijn gemaakt.

    7. Tijdens het winterseizoen kunnen de trainersvergoedingen in twee periodes worden gedeclareerd (oktober t.e.m. december & januari t.e.m. maart). Voor de zomerperiode vanaf april tot en met september zal in één keer kunnen worden gedeclareerd. Hiertoe zullen tijdig declaratieformulieren via de betreffende commissies beschikbaar worden gesteld.

    8. Indien HVHW wordt uitgenodigd om met een clubteam mee te doen aan een interclubwedstrijd en één van de HVHW- commissies stelt de samenstelling van het vertegenwoordigende team samen, dan zijn de inschrijfkosten voor deze interclubwedstrijd voor rekening van HVHW.

    9. Inschrijfkosten die te maken hebben met een individuele deelname van een HVHW-lid aan een wedstrijd – al dan niet op basis van een uitnodiging ontvangen via HVHW – komen voor rekening van het betreffende lid. Deze is tevens verantwoordelijk voor de tijdige betaling van het vereiste inschrijfgeld, en het kunnen overleggen van benodigde wedstrijdlicenties en/of accreditaties.

    10. Het bestuur kan besluiten in specifieke gevallen af te wijken van bovenstaande uitgangspunten voor kostenvergoeding. In voorkomend geval wordt dit – met volledige in achtneming van haar mandaat tot het doen van betalingen – als bestuursbesluit vastgelegd en opgenomen in het financiële jaarverslag van de penningmeester.

 

Communicatie, huisstijl en clubkleding

Artikel 14: Communicatie en woordvoering, website en sociale media

    1. De website is hét medium waarmee het bestuur formele berichtgeving, besluiten en aankondigingen naar de leden communiceert.

    2. Hoewel het bestuur zich zal inspannen om de leden ook via andere kanalen op belangwekkende informatie op de website van HVHW te attenderen, worden leden verzocht met enige regelmaat de website te bezoeken.

    3. Een lid kan zich er niet op beroepen geen kennis te hebben genomen van berichten of besluiten en derhalve deze niet op hem van toepassing te verklaren.

    4. Een lid kan zich nimmer op het missen van informatie beroepen, waardoor persoonlijke schade zou kunnen ontstaan.

    5. Het bestuur is verantwoordelijk voor een goed functionerende website en stelt hiertoe een website manager aan.

    6. Het bestuur is eindverantwoordelijk voor de inhoud en vormgeving van de HVHW-website en direct aan HVHW gelieerde sociale media.

    7. Berichtgeving via deze HVHW-communicatiekanalen geschiedt louter via redacteuren van de mediacommissie. Zij zijn verantwoordelijk voor de kwaliteit en actualiteit van de berichtgeving en consulteren hiertoe waar nodig het bestuur.

    8. Woordvoering namens de vereniging richting de Pers of Autoriteiten is voorbehouden aan de Voorzitter, bij absentie de Secretaris, dan wel een specifiek door het bestuur benoemde woordvoerder.

 

Artikel 15: Gebruik clubkleuren, huisstijl, logo en beeldmerk

    1. Het bestuur legt wezenlijke wijzigingen in clubkleuren, huisstijl, en logo ter goedkeuring voor aan de AV.

    2. Het is niet toegestaan om de HVHW-huisstijl en beeldmerken anders dan voor gerichte communicatie vanuit de vereniging en/of ter promotie van vereniging activiteiten te gebruiken.

       

       

      7/11


      HVHW Huishoudelijk Reglement
      Vastgesteld in de Algemene Vergadering van 31 mei 2022

       

    3. Gebruik van HVHW-beeldmerken door sponsoren en/of andere belanghebbenden kan alleen plaats vinden met instemming van het bestuur.

 

Artikel 16: HVHW-clubkleding

    1. HVHW stimuleert haar leden clubkleding te dragen tijdens o.a. trainingen, en clinics; alsmede tijdens aan de schaatssport gerelateerde opleidingen en bijeenkomsten. Daarmee dragen we niet alleen bij aan het clubgevoel en de saamhorigheid binnen onze vereniging maar dienen we ook de belangen van onze (kleding)sponsoren.

    2. Tenzij daar specifiek een afspraak over gemaakt is, zullen leden met een HVHW-gelieerde wedstrijdlicentie die deelnemen aan wedstrijden, interclubs, Nederlandse en regionale kampioenschappen daar in clubtenue verschijnen.

      1. HVHW-leden van een gewestelijke selectie, KNSB selectie, Nationale Trainingsselectie, of een door de KNSB erkent Topteam zijn hiervan uitgezonderd.

      2. Leden die voor - anders dan voornoemde – wedstrijdselecties buiten HVHW uit willen komen in een afwijkende kledinglijn worden verzocht het bestuur hiervan in kennis te stellen, zodat in goed overleg ook de belangen van de vereniging en haar sponsors hiermee afgestemd kunnen worden.

    3. Door het dragen van HVHW-clubkleding associeert een lid, trainer/coach, of vrijwilliger zich nadrukkelijk met de vereniging HVHW en verbindt zich daarmee ook impliciet aan de afspraken, (gedrags-)regels, gebruiken en sportieve waarden die binnen de vereniging gelden,

    4. Het is niet toegestaan om HVHW-clubkleding te dragen tijdens commerciële activiteiten of activiteiten waarvoor een vergoeding (anders dan vanuit de vereniging) wordt verkregen.

    5. Het is niet toegestaan om HVHW-clubkleding te dragen tijdens het organiseren van en/of leidinggeven aan sportieve activiteiten namens een andere vereniging of instelling.

    6. Leden, Trainers, Coaches en/of vrijwilligers die gebruik mogen maken van gesponsorde kleding zijn persoonlijk verantwoordelijk voor zorgvuldig en correct gebruik.

    7. Inkoop & voorraadbeheer alsmede de verkoop & uitgifte van clubkleding geschiedt louter door de kledingcommissie eventueel met behulp van specifiek geselecteerde leveranciers. Het is zonder goedkeuring van het bestuur niet toegestaan om buiten de kledingcommissie om (specifieke of aanvullende) clubkleding of teamkleding te verwerven.

    8. Slechts na voorafgaande toestemming van het HVHW-bestuur kan van bovenstaande kledingrichtlijnen worden afgeweken.

 

Veiligheid, Gedrag en Privacy

Artikel 17: Gedragscode

    1. Het bestuur is verantwoordelijk voor de opstelling van een gedragscode – afgeleid van de KNSB gedragscode - welke regels en aanbevelingen omvat voor trainers, coaches, begeleiders en overige vrijwilligers teneinde een veilig, stimulerend en prettig sportklimaat mogelijk te kunnen maken.

    2. De gedragscode bestaat tevens richtlijnen waarmee seksuele intimidatie en andere vormen van ongewenst gedrag kunnen worden voorkomen. Ze geven de grenzen aan van handelen.

    3. De gedragscode en bijbehorende gedragsregels worden beiden op de HVHW-website gepubliceerd.

    4. Van onze gediplomeerde trainers en hoofdtrainers (technisch kaderlicentie SL2 of hoger) en de begeleiders van de selecties uit het HVHW-talentontwikkelingsprogramma wordt voorbeeldgedrag verwacht. Als onderdeel daarvan ondertekenen zij allen individueel de HVHW-gedragscode.

    5. Het bestuurt zorgt er - primair via de commissies - voor dat de gedragscode ook door eenieder wordt beleefd én nageleefd, en verbindt daar waar nodig aanvullende acties aan.

 

Artikel 18: Vertrouwenscontactpersoon

    1. Iemand, die ongewenst gedrag of een incident wil melden, kan op elk moment contact opnemen met een vertrouwenscontactpersoon (VCP), die vertrouwelijk omgaat met de informatie. De VCP luistert, begeleidt, adviseert, ondersteunt en verwijst eventueel naar professionele hulpverlening.

    2. De VCP is aanspreekbaar voor sporters, ouders van sporters, toeschouwers, kaderleden, vrijwilligers en bestuur. Deze gesprekken zijn in principe vertrouwelijk. Maar deze vertrouwelijkheid heeft zijn grenzen: ten eerste vanwege het algemeen belang van een veilige sportomgeving en ten tweede vanwege de Nederlandse wetgeving die in bepaalde gevallen de VCP en het bestuur verplicht de vertrouwelijkheid te doorbreken.

    3. Het bestuur zorgt ervoor dat er tenminste één en bij voorkeur twee vertrouwenscontactpersonen (VCP) voor HVHW zijn aangesteld en waarvan de contactgegevens náást die van de VCP van de KNSB op de website zijn gepubliceerd.

 

8/11


HVHW Huishoudelijk Reglement
Vastgesteld in de Algemene Vergadering van 31 mei 2022

 

Artikel 19: Aannamebeleid en verklaring omtrent gedrag

    1. Het bestuur stelt een aannamebeleid op voor de vervulling van vrijwilligersfuncties binnen vereniging en publiceert deze op de website van HVHW.

    2. Als onderdeel van dit aannamebeleid kan het bestuur voor bepaalde categorieën vrijwilligersfuncties (zoals jeugdtrainer of ledenadministratie) het noodzakelijk achten dat alle betrokkenen een recente Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) moeten kunnen overleggen. Dat wil zeggen:

      1. wanneer een vrijwilliger voor het eerst in een dergelijke functie bij HVHW aanvangt;

      2. bij continuering van een dergelijke vrijwilligersfuntie na een periode van 3 jaar;

      3. tussentijds op specifiek verzoek van het bestuur.

    3. Voor de bepaling van voornoemde categorieën vrijwilligersfuncties volgt HVHW het beleid van het NOC-NSF in het algemeen én de KNSB in het bijzonder.

    4. Zolang een vrijwilliger op verzoek van het bestuur geen VOG-afschrift heeft overlegd aan de secretaris van het HVHW- bestuur, blijft deze uitgesloten van het vervullen van de hierboven genoemde vrijwilligersfuncties.

    5. De aanvraagkosten van een door HVHW vereiste VOG worden door de vereniging gedragen, voor zo ver deze voor vrijwilligers in de sport niet reeds door de overheid bekostigd worden.

 

Artikel 20: Privacybeleid en privacyverklaring

    1. Als sportvereniging dient HVHW zicht te houden aan de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). De verplichtingen en richtlijnen voortkomend uit de AVG zijn specifiek uitgewerkt in het HVHW-Privacybeleid.

    2. Indien je lid wordt van HVHW (of het lidmaatschap verlengt) geef je jaarlijks op het inschrijfformulier uitdrukkelijk toestemming aan de vereniging om je persoonsgegevens in lijn met dit privacybeleid te verwerken (privacyverklaring).

    3. Het bestuur kan voor specifieke doelgroepen (bijv. rijders uit de Topsportgroep, Opleidingsgroep en Rookies) een persoonlijk ondertekende aanvullende privacyverklaring noodzakelijk achten. Dit met het oog op het kunnen monitoren, analyseren, en gebruiken van bijzondere persoonsgegevens ten behoeve van het inrichten en optimaliseren van het trainingsprogramma.

    4. Deze aanvullende privacyverklaringen worden jaarlijks door betrokkenen ondertekend (opt-in) en door de hoofdtrainers ingezameld. Niet ondertekenen van de verklaring kan gevolgen hebben voor deelname aan een selectie of onderdelen van het trainingsprogramma.

    5. Indien buiten een HVHW-lidmaatschap deelgenomen wordt aan een activiteit die door HVHW wordt georganiseerd, dan wel toegezegd wordt om als vrijwilligers ingezet te worden bij een activiteiten van de vereniging, of om een andere reden persoonsgegevens aan HVHW wordt verstrekt, kan er van uit gegaan worden dat betreffende persoonsgegevens in overeenstemming met het privacybeleid zullen worden verwerkt.

    6. Het HVHW-privacybeleid wordt op de HVHW-website gepubliceerd.

 

Artikel 21: Opleidingen, bijscholingen en trainerslicenties

    1. HVHW stimuleert op actieve wijze de opleiding en ontwikkeling van haar technische kader (trainers, juryleden, starters etc.). Hiertoe biedt zij o.a. stageplekken aan, begeleiden ervaren kaderleden vrijwilligers bij opleidingen en bekostigt zij eventueel de deelname aan KNSB-opleidingen (SL2, ST3, Jurycursussen etc.).

    2. Hiermee dragen we niet alleen bij aan de kwaliteit en verdere professionalisering van ons technisch kader maar verwachten we ook dat we als vereniging ook gedurende enige jaren een beroep kunnen blijven doen op deze kaderleden om hun kennis en ervaring ook actief bij HVHW in de praktijk te brengen.

    3. In de gevallen waarin van HVHW een substantiële bijdrage in de opleidingskosten gevraagd wordt (bijv. de KNSB of NOC-NSF opleidingen) worden afspraken hierover vastgelegd in een opleidingsovereenkomst die door de deelnemer en namens het bestuur door de secretaris wordt ondertekend.

    4. Het niet nakomen van de afspraken uit de opleidingsovereenkomst kan gevolgen hebben zoals het (gedeeltelijk) terugvorderen van de door HVHW gefinancierde opleidingskosten.

    5. Na het behalen van een KNSB-diploma wordt betrokken verzocht een zgn. technisch kader licentie aan te vragen bij de KNSB. Eén derde van de kosten van deze licentie mag jaarlijks achteraf bij HVHW gedeclareerd worden mits betrokkene als trainer/coach/jurylid voor de vereniging actief is geweest.

    6. Een geldende technisch kaderlicentie geeft recht op een hogere trainingsvergoeding (zie Artikel 13: trainersvergoedingen), geeft toegang tot specifieke bijscholingen en activiteiten van de KNSB. Het is aan de houder van de licentie om tijdig zijn trainerslicentie te vernieuwen en daarvoor de noodzakelijke licentiepunten middels het volgen van bijscholingen, workshops of clinics te verzamelen.

 

9/11


HVHW Huishoudelijk Reglement
Vastgesteld in de Algemene Vergadering van 31 mei 2022

 

Sponsoring, donaties en overige inkomsten

Artikel 22: Sponsoring

    1. Een sponsor kan zowel een natuurlijke als niet-natuurlijke persoon zijn

    2. Het bestuur stelt richtlijnen op voor het aangaan van sponsorovereenkomsten.

    3. De AV beslist over afspraken met sponsors, waar financiële verplichtingen voor de leden uit voortvloeien.

    4. De AV beslist over afspraken met betrekking tot naamsponsoring van de vereniging.

    5. Het HVHW-bestuur kan leden van de sponsorcommissie toestemming verlenen om de verenigingsbelangen m.b.t. sponsoring te behartigen. Zij zijn dan belast met de verwerving van sponsors, onderhandelingen en beheer van de contracten, afspraken, etc. maar kunnen de vereniging niet in rechte verbinden.

    6. De sponsorcommissie registreert tevens alle sponsorbijdragen in cash en natura en rapporteert daar jaarlijks over aan de penningmeester. Deze informatie wordt opgenomen in het financiële jaarverslag.

    7. Alle financiële sponsorbijdragen én uitgaven vanuit een sponsorbudget lopen via de boekhouding van HVHW onder directe verantwoordelijkheid van de penningmeester.

    8. Het staat leden vrij mogelijke sponsors te werven of aan te melden. Het vervolg met de onderhandelingen en afspraken dient aan het bestuur en/of sponsorcommissie te worden overgelaten.

    9. Daar waar dit sponsorbeleid niet voorziet in bepaalde aangelegenheden heeft het bestuur het recht direct naar haar inzicht passende maatregelen en beslissingen te nemen. Het bestuur zal zich hierover verantwoorden in de eerstvolgende AV

 

Artikel 23: Sponsordoelen

    1. Geld uit sponsoring komt in eerste aanleg ten goede aan de algemene middelen van de vereniging. Het bestuur bepaalt – eventueel op voordracht van een commissie - hoe het besteed wordt.

    2. Goederen die met sponsoring verworven zijn blijven eigendom van de vereniging.

    3. Het bestuur houdt zich het recht voor van bepaalde sponsoring af te zien indien deze maatschappelijk gezien niet verantwoord is.

    4. Alle mogelijke vormen van sponsoring die het algemeen belang van de vereniging dienen zijn mogelijk. Zo kan een sponsor bijvoorbeeld:

      1. een bijdrage leveren in de aanschaf van clubkleding;

      2. een bijdrage leveren in de huur van een trainings- of wedstrijdaccommodatie;

      3. een bijdrage leveren in de huur van trainingsmiddelen;

      4. een bijdrage leveren aan de kosten van een evenement;

      5. prijzen beschikbaar stellen bij evenementen, toernooien en kampioenschappen.

    5. Sponsoring van een specifiek HVHW-team of -trainingsgroep is mogelijk door uitrusting te schenken, waarbij reclame gevoerd kan worden op kleding, tassen en overige trainings- & wedstrijdattributen. Echter, indien dit de eenheid voor wat betreft clubkleding/clubkleuren etc. doorbreekt is voorafgaande toestemming van het bestuur vereist.

    6. Het bestuur kan besluiten dat in bepaalde gevallen van leden een borgsom wordt gevraagd voor de materialen die in gebruik worden gegeven of zijn bij die leden. Dit zal schriftelijk worden meegedeeld en vastgelegd.

 

Artikel 24: Sponsorovereenkomsten

    1. Er wordt waar mogelijk gestreefd naar meerjarige sponsorovereenkomsten.

    2. Iedere overeenkomst met een sponsor moet schriftelijk vastgelegd worden in een contract. Deze moet van de zijde van de sponsor getekend worden door een daartoe gerechtigde persoon en van HVHW-zijde door de penningmeester namens het bestuur.

      1. Deze verplichting geldt niet als het een gift in natura betreft waar geen of slechts een symbolische tegenprestatie tegenover staat.

      2. Gaat het om een gering bedrag (minder dan € 250,-) dan kan ook volstaan worden met een schriftelijke bevestiging door de vereniging.

      3. Voor iedere sponsorovereenkomst die naar inschatting van het bestuur een waarde in natura en/of geld heeft

        van meer dan € 1000,- (op jaarbasis) is een meerderheidsbeslissing van het bestuur nodig.

      4. Indien er voortvloeiende uit de sponsoring sprake is van een vereiste tegenprestatie van HVHW dan dient deze in de overeenkomst opgenomen te worden.

      5. Voor elke tegenprestatie geldt dat deze redelijkerwijs in verhouding dient te zijn met de waarde van de sponsorbijdrage alsmede in overeenstemming is met de doelstellingen van HVHW als sportvereniging. Zulks ter beoordeling van het Bestuur.

         

         

        10/11


        HVHW Huishoudelijk Reglement
        Vastgesteld in de Algemene Vergadering van 31 mei 2022

         

    3. Uit onder meer praktisch en strategisch oogpunt wordt voor clubsponsors gestreefd naar de aanwezigheid van een bestuurslid tijdens de onderhandelingen. Bij de afsluitende onderhandeling is de aanwezigheid van twee bestuursleden verplicht indien de waarde van het contract (naar schatting) meer bedraagt dan € 1000,-.

    4. De resultaten van de onderhandelingen zijn niet eerder geldig dan na goedkeuring door het bestuur. Dat wordt voorafgaand aan de onderhandelingen duidelijk ter kennis gebracht van de contractpartner

 

Artikel 25: Overige Inkomsten

    1. Overige inkomsten kunnen zijn: alle, niet hiervoor genoemde, inkomsten, welke langs wettige weg worden of kunnen worden verkregen

    2. Erfstellingen worden door de vereniging alleen aanvaard onder voorrecht van boedelbeschrijving.

    3. Indien aan subsidies, schenkingen of legaten, lasten of andere verplichtingen voor de vereniging zijn verbonden, doet het bestuur daar van mededeling aan de algemene vergadering

 

Artikel 26: Slotbepalingen

    1. Onverminderd het bepaalde in artikel 7 lid 3 van de HVHW-statuten, beslist het bestuur in alle gevallen, waarin noch de wet, noch de statuten, noch het huishoudelijke reglement van de vereniging voorzien.

 

11/11

STATUTEN

 

Begripsomschrijvingen.

Artikel 1

In deze statuten wordt verstaan onder:

  1. algemeen bestuur, het orgaan bedoeld in artikel 2:44 van het Burgerlijk Wetboek en artikel 18 lid 1 en in artikel 19 lid 1 van de statuten van de bond, te weten het bestuur van de bond;

  2. algemene vergadering, het orgaan bedoeld in artikel 2:40 van het Burgerlijk Wetboek en in artikel 17 lid 1 van deze statuten, te weten de algemene vergadering van de vereniging;

  3. bestuur, het orgaan bedoeld in artikel 2:44 van het Burgerlijk Wetboek en artikel 12 lid 1 en artikel 15 lid 1 van deze statuten, te weten het bestuur van de vereniging;

  4. bond, de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid: Koninklijke Nederlandsche Schaatsenrijders Bond, met statutaire zetel in de gemeente Utrecht, ingeschreven in het handelsregister onder dossiernummer 40506465;

  5. jaarrekening, de balans en de staat van baten en lasten met de toelichting van de vereniging;

  6. langs elektronische weg, indien degene met wie wordt gecommuniceerd hiermee instemt, kunnen schriftelijke mededelingen aan respectievelijk van de vereniging geschieden door een langs elektronische weg toegezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht aan het adres dat door de vereniging respectievelijk degene met wie wordt gecommuniceerd voor dit doel aan de degene met wie wordt gecommuniceerd respectievelijk de vereniging bekend is gemaakt;

  7. leden, zowel de seniorleden, bedoeld in artikel 4 lid 1 sub a en lid 2 van deze statuten, als de juniorleden, bedoeld in artikel 4 lid 1 sub b en lid 3 van deze statuten, als de ereleden, bedoeld in artikel 4 lid 1 sub c en lid 4 van deze statuten, als de leden van verdienste, bedoeld in artikel 4 lid 1 sub d en lid 5 van deze statuten, voor zover deze statuten geen nader onderscheid maken of het tegendeel uit het zinsverband blijkt;

  8. lidmaatschap, zowel het lidmaatschap van de seniorleden, bedoeld in artikel 4 lid 1 sub a en lid 2 van deze statuten, als van de juniorleden, bedoeld in artikel 4 lid 1 sub b en lid 3 van deze statuten, als van de ereleden, bedoeld in artikel 4 lid 1 sub c en lid 4 van deze statuten, als van de leden van verdienste, bedoeld in artikel 4 lid 1 sub d en lid 5 van deze statuten, voor zover deze statuten geen nader onderscheid maken of het tegendeel uit het zinsverband blijkt;

  9. vereniging, de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid bedoeld in artikel 2 lid 1 van deze statuten.

 

Pagina 1

 

Naam en zetel.

Artikel 2

  1. De vereniging is genaamd: Hardrijvereniging “Den Haag Westland”

  2. Als verkorte naam gebruikt de vereniging: HVHW.

  3. De vereniging heeft haar zetel in de gemeente Den Haag.

 

Doel.

Artikel 3

  1. De vereniging stelt zich ten doel het bevorderen en het doen bevorderen van de schaatssport en de skatesport in Nederland alsmede het verrichten van alle handelingen die met het vorenstaande in de ruimste zin verband houden of daartoe bevorderlijk kunnen zijn.

  2. De vereniging tracht dit doel onder meer te bereiken door:

    1. het lidmaatschap van de bond en van het gewest van de bond, als bedoeld in artikel 7 lid 1 van de statuten van de bond, te verwerven en te behouden;

    2. haar leden te laten deelnemen aan de door de bond georganiseerde of goedgekeurde competities, wedstrijden en andere activiteiten op het gebied van de schaatssport of de skatesport, in welke verschijningsvorm dan ook;

    3. het uitschrijven en organiseren van wedstrijden, demonstraties en examens voor alle disciplines op het gebied van de schaatssport en de skatesport;

    4. het uitschrijven en organiserenvan natuurijstochten en skatetochten;

    5. het bevorderen van het recreatief schaatsen en skaten;

    6. het verstrekken van inlichtingen ten dienste van de schaatssport en de skatesport;

    7. het aanleggen, instandhouden en exploiteren van een ijs- en/of inline- skatebaan;

    8. andere wettige en geoorloofde middelen.

 

Leden en lidmaatschap.

Artikel 4

  1. De vereniging kent als leden:

    1. seniorleden;

    2. juniorleden;

    3. ereleden;

    4. leden van verdienste.

      Slechts natuurlijke personen kunnen lid zijn van de vereniging.

  2. Seniorleden kunnen slechts zijn zij die vóór één januari van het lopende kalenderjaar achttien jaar of ouder zijn en die, op grond van een schriftelijke of langs elektronische weg bij het bestuur gedane aanmelding, door het bestuur dan wel de algemene vergadering als zodanig zijn toegelaten, dan wel zij die op grond van het bepaalde in de laatste volzin van het volgende lid seniorlid zijn geworden.

     

    Pagina 2

     

    Seniorleden zijn leden van de vereniging in de zin van de wettelijke bepalingen van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en hebben toegang tot en stemrecht in de algemene vergadering.

  3. Juniorleden kunnen slechts zijn zij die vóór één januari van het lopende kalenderjaar jonger zijn dan achttien jaar en die, op grond van een schriftelijke of langs elektronische weg bij het bestuur gedane aanmelding, als zodanig door het bestuur dan wel de algemene vergadering zijn toegelaten.

    Juniorleden zijn leden van de vereniging in de zin van de wettelijke bepalingen van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en hebben toegang tot en stemrecht in de algemene vergadering. Juniorleden kunnen het stemrecht door hun wettelijke vertegenwoordiger doen uitoefenen.

    Juniorleden kunnen in een reglement van de vereniging nader worden onderscheiden in juniorleden A, B en C en pupillen overeenkomstig de licentie- indeling zoals deze door de bond wordt gehanteerd. Ook kunnen aan de diverse categorieën juniorleden in een reglement van de vereniging, al dan niet per verschijningsvorm van de schaatssport en de skatesport, een of meer andere benamingen worden toegekend.

    Een juniorlid wordt seniorlid bij het begin van het nieuwe kalenderjaar waarin het de daartoe krachtens het vorige lid vereiste leeftijd van achttien jaar bereikt, zonder verdere formaliteiten.

  4. Op voorstel van het bestuur kan de algemene vergadering een natuurlijke persoon, die door zijn prestaties aanspraak kan maken op de erkentelijkheid van de vereniging, tot erelid benoemen. Een erelid is als zodanig vrijgesteld van het betalen van contributie.

  5. Op voorstel van het bestuur kan de algemene vergadering een natuurlijke persoon wegens zijn buitengewone verdiensten jegens de vereniging tot lid van verdienste benoemen. Een lid van verdienste is als zodanig vrijgesteld van het betalen van contributie.

  6. Natuurlijke personen die als lid zijn toegetreden tot de vereniging zijn daardoor onderworpen aan de statuten, reglementen en besluiten van de bond, alsmede van de organen van de bond.

  7. Natuurlijke personen, die, zonder dat zij lid zijn van de vereniging, een al dan niet betaalde functie binnen de vereniging uitoefenen of zullen uitoefenen, met uitzondering van hen, die uitsluitend door een financiële bijdrage de vereniging steunen of zullen steunen en van hen die met de schaatssport en de skatesport generlei bemoeienis hebben of zullen hebben, zijn verplicht zich de onderwerpen aan de statuten, reglementen en besluiten van de vereniging en van de bond, alsmede van de organen van de vereniging en van de bond.

  8. Onverminderd het bepaalde in de laatste volzin van lid 3, beslist het bestuur omtrent de toelating van leden. Minderjarige natuurlijke personen kunnen alleen als lid worden toegelaten indien zij een schriftelijke toestemming van hun wettelijke vertegenwoordiger overleggen aan het bestuur. Ingeval van niet-

     

    Pagina 3

     

    toelating door het bestuur kan de algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten.

  9. De toelatingsprocedure kan nader in een door de algemene vergadering vastgesteld reglement worden uitgewerkt, in welk reglement nadere vereisten aan de toelating tot het lidmaatschap van de vereniging kunnen worden gesteld.

  10. Het lidmaatschap is persoonlijk en kan niet worden overgedragen.

  11. Het bestuur houdt een ledenregister bij waarin de namen en adressen van alle leden zijn opgenomen. Ieder lid is verplicht zijn adres, alsmede wijzigingen daarin onverwijld schriftelijk of langs elektronische weg aan de vereniging op te geven. Met het oog op een snelle en eenvoudige bereikbaarheid van de leden, is het wenselijk als eveneens opgave wordt gedaan van andere communicatiemiddelen, zoals emailadres, telefoonnummer en telefaxnummer.

  12. Het bestuur is verplicht ieder jaar, op de door het algemeen bestuur bij reglement bepaalde wijze, een voor de vereniging bindende opgave van haar leden op dertig juni daaraan voorafgaand (peildatum) te verstrekken aan de bond.

 

Verplichtingen van de leden.

Artikel 5

  1. De leden van de vereniging zijn verplicht:

    1. de statuten, reglementen en besluiten van de vereniging, alsmede van de organen van de vereniging na te leven;

    2. de statuten, reglementen en besluiten van de bond, alsmede van de organen van de bond na te leven en zich met name te onderwerpen aan de wedstrijdbepalingen van de bond en de bondsrechtspraak;

    3. de belangen van de vereniging, van de bond en van de schaatssport en de skatesport in het algemeen te dienen en niet te schaden;

    4. contributie te betalen;

    5. alle overige verplichtingen die de vereniging in naam of ten behoeve van de leden aangaat of die uit het lidmaatschap van de vereniging voortvloeien, te aanvaarden en na te komen.

  2. Voor het overige kunnen door de vereniging slechts verplichtingen ten laste van de leden worden aangegaan na voorafgaande toestemming van de algemene vergadering.

  3. Een lid kan de toepasselijkheid van een besluit waarbij andere verplichtingen dan van geldelijke aard zijn verzwaard, met inachtneming van het bepaalde in artikel 10 lid 6, door opzegging van het lidmaatschap te zijnen opzichte uitsluiten.

  4. Voorzover dit voortvloeit uit de relatie tussen de vereniging en/of de bond en de International Skating Union (ISU) respectievelijk de Fédération Internationale de Roller Sports (FIRS) respectievelijk de Confédération Européenne de Roller Skating (CERS), zijn de leden verplicht zich te houden aan de statuten, reglementen en besluiten van (organen van) de ISU respectievelijk de FIRS respectievelijk de CERS.

     

    Pagina 4

     

  5. Het is de leden verboden stimulerende middelen (doping) te gebruiken of doen gebruiken. Leden zijn verplicht hun volledige medewerking te geven aan dopingcontroles en zich te houden aan het dopingreglement van de bond.

 

Tuchtrechtspraak.

Artikel 6

  1. Aan de leden kunnen straffen of maatregelen worden opgelegd wegens:

    1. het niet, of niet behoorlijk, naleven van de statuten, reglementen en besluiten van de vereniging, alsmede van de organen van de vereniging;

    2. het niet, of niet behoorlijk, naleven van de statuten, reglementen en besluiten van de bond, alsmede van de organen van de bond;

    3. het niet, of niet behoorlijk, naleven van de statuten, reglementen en besluiten van organisaties waarbij de vereniging en/of de bond is/zijn aangesloten, alsmede van de organen van dergelijke organisaties;

    4. gedragingen waardoor de belangen van de vereniging en/of van de bond of de schaatssport en de skatesport, in welke verschijningsvorm dan ook, worden geschaad.

      Ook aan de personen bedoeld in artikel 4 lid 7 kunnen straffen of maatregelen worden opgelegd wegens het bepaalde in sub a, sub b, sub c en/of sub d.

  2. Met de berechting van de in het eerste lid in sub a strafbaar gestelde overtredingen is het bestuur belast, behoudens voor zover het overtreding van de wedstrijdbepalingen betreft, waarvan de beoordeling naar haar aard dient plaats te vinden door die official(s), die speciaal met de handhaving daarvan ter plaatse van de betrokken wedstrijd of evenement belast is (zijn) en mits de tuchtcommissie van de bond daarmee niet is belast.

    Met inachtneming van het in de vorige zin bepaalde, is met de berechting van de in het eerste lid in sub a, sub b, sub c en/of sub d strafbaar gestelde overtredingen de tuchtcommissie van de bond belast, behoudens voor zover het overtreding van de wedstrijdbepalingen betreft, waarvan de beoordeling naar haar aard dient plaats te vinden door die official(s), die speciaal met de handhaving daarvan ter plaatse van de betrokken wedstrijd of evenement belast is (zijn).

    De tuchtcommissie van de bond is bevoegd tot strafoplegging. Tegen een uitspraak van de tuchtcommissie van de bond kan binnen een termijn van één maand beroep aangetekend worden bij de commissie van beroep van de bond.

  3. De competentie en samenstelling van de in het vorige lid genoemde commissies van de bond, de strafbaarstelling van overtredingen, de op te leggen maatregelen dan wel straffen, waaronder geldelijke boeten, en de maximering daarvan, de procesgang en de tenuitvoerlegging van de opgelegde straffen worden geregeld in het tuchtreglement van de bond, met dien verstande dat ook andere reglementen van de bond ter zake dienende regels kunnen bevatten.

 

Pagina 5

 

Geschillen.

Artikel 7

  1. Alle geschillen, voor zover deze samenhangen met de beoefening van de schaatssport en de skatesport in de vereniging, in welke verschijningsvorm dan ook, die zijn gerezen tussen:

    1. enerzijds de vereniging en anderzijds een orgaan van de vereniging, een persoon bedoeld in artikel 4 lid 7 of een lid;

    2. personen bedoeld in artikel 4 lid 7 of leden onderling,

      worden, met uitsluiting van de burgerlijk rechter, in de vorm van bindend advies beslecht door de geschillencommissie van de bond. De competentie en samenstelling van deze commissie, evenals de procesgang worden nader bij algemeen reglement van de bond vastgesteld.

  2. Een geschil wordt geacht aanwezig te zijn, indien een van beide partijen verklaart dat dit het geval is.

  3. In alle gevallen, waarin de uitleg van deze statuten of de reglementen van de vereniging twijfel oproept of aanleiding geeft tot een geschil, kan, een belanghebbende partij dit schriftelijk of langs elektronische weg voorleggen aan de reglementencommissie van de bond. De reglementencommissie van de bond doet daarover in de vorm van een bindend advies uitspraak. De samenstelling van de reglementencommissie van de bond, evenals de werkwijze worden bij algemeen reglement van de bond vastgesteld.

 

Geldmiddelen.

Artikel 8

  1. De geldmiddelen van de vereniging bestaan uit:

    1. contributies van de leden;

    2. subsidies;

    3. donaties, erfstellingen en legaten;

    4. andere inkomsten.

  2. Erfstellingen kunnen alleen worden aanvaard onder het voorrecht van boedelbeschrijving.

 

Contributie.

Artikel 9

  1. De leden zijn gehouden tot betalen van een jaarlijkse contributie, waarvan de hoogte zal worden vastgesteld door de algemene vergadering. Zij kunnen daartoe in categorieën worden ingedeeld, die een verschillende contributie betalen.

  2. Het bestuur is bevoegd in bijzondere gevallen gehele of gedeeltelijke ontheffing van de verplichting tot het betalen van contributie te verlenen.

  3. Wanneer het lidmaatschap in de loop van een boekjaar eindigt, blijft desalniettemin de jaarlijkse contributie voor het geheel verschuldigd.

 

Pagina 6

 

Einde lidmaatschap.

Artikel 10

  1. Het lidmaatschap eindigt:

    1. door de dood van het lid;

    2. door opzegging door het lid;

    3. door opzegging door de vereniging;

    4. door ontzetting.

  2. De vereniging kan het lidmaatschap opzeggen wanneer een lid heeft opgehouden aan de vereisten voor het lidmaatschap bij de statuten gesteld te voldoen, wanneer hij zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren. Opzegging door de vereniging geschiedt door het bestuur. Het bestuur is verplicht een opzegging van het lidmaatschap van de vereniging onverwijld en schriftelijk zowel aan het bestuur van het gewest bedoeld in artikel 3 lid 2 sub a als aan het algemeen bestuur mede te delen. Indien de vereniging het lidmaatschap van een lid beëindigt, eindigt daardoor voor dit lid niet het lidmaatschap van de bond dan wel van een lid van de bond indien het lid uit andere hoofde lid blijft van de bond dan wel van het desbetreffende lid van de bond.

  3. Opzegging van het lidmaatschap door het lid of door de vereniging kan slechts schriftelijk of langs elektronische weg geschieden en tegen het einde van een boekjaar en met inachtneming van een opzeggingstermijn van ten minste vier weken. Het lidmaatschap kan echter onmiddellijk worden beëindigd indien van de vereniging of van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.

  4. Een opzegging in strijd met het bepaalde in het vorige lid doet het lidmaatschap eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip volgende op de datum waartegen was opgezegd.

  5. Een lid kan zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen binnen een maand nadat hem een besluit is meegedeeld tot omzetting van de vereniging in een andere rechtsvorm, tot fusie of tot splitsing.

  6. Een lid is niet bevoegd zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang op te zeggen in het geval zijn geldelijke rechten en verplichtingen worden gewijzigd. Een opzegging als bedoeld in artikel 5 lid 3 dient te geschieden binnen één maand na publicatie van het bedoelde besluit in het officiële mededelingenblad van de vereniging, dan wel op de officiële website van de vereniging.

  7. Ontzetting kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging of van organen van de vereniging handelt, of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt. Ontzetting uit het lidmaatschap geschiedt door het bestuur. Het bestuur is verplicht een ontzetting uit het lidmaatschap van de vereniging onverwijld en schriftelijk

     

    Pagina 7

     

    zowel aan het bestuur van het gewest bedoeld in artikel 3 lid 2 sub a als aan het algemeen bestuur mede te delen.

  8. Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap door de vereniging op grond dat een lid zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook dat redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren en van een besluit van het bestuur tot ontzetting staat de betrokkene binnen een maand na de ontvangst van de kennisgeving van het besluit beroep op de algemene vergadering open. Hij wordt daartoe ten spoedigste schriftelijk van het besluit met opgave van redenen in kennis gesteld. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst, met dien verstande dat het geschorste lid het recht heeft zich in de algemene vergadering, waarin het beroep wordt behandeld, te verweren.

  9. Behalve in geval van overlijden en behalve in geval van ontzetting, wordt een lid dat heeft opgezegd, geacht nog lid te zijn zolang het niet heeft voldaan aan de geldelijke verplichtingen ten opzichte van de vereniging of zijn organen, of zolang enige aangelegenheid waarbij het lid is betrokken niet is afgewikkeld. De tenuitvoerlegging van een opgelegde straf is daarbij inbegrepen. Gedurende deze periode kan het betrokken lid geen lidmaatschapsrechten uitoefenen. Het bestuur stelt alsdan de datum vast waarop het lidmaatschap eindigt. Het bestuur is verplicht deze datum onverwijld en schriftelijk zowel aan het bestuur van het gewest bedoeld in artikel 3 lid 2 sub a als aan het algemeen bestuur mede te delen.

 

Donateurs.

Artikel 11

  1. De vereniging kent naast leden ook donateurs.

  2. Donateurs zijn natuurlijke personen of rechtspersonen, die door het bestuur als donateur zijn toegelaten en die zich jegens de vereniging verplichten om jaarlijks of eenmalig een door de algemene vergadering vastgestelde bijdrage te storten.

  3. Donateurs hebben geen andere rechten of verplichtingen dan die welke hun bij of krachtens deze statuten of reglementen van de vereniging zijn toegekend of opgelegd.

  4. De rechten en verplichtingen van donateurs kunnen te allen tijde door de vereniging door opzegging worden beëindigd, met dien verstande dat de jaarlijkse bijdrage voor het lopende boekjaar voor het geheel verschuldigd blijft.

  5. Opzegging namens de vereniging geschiedt schriftelijk of langs elektronische weg door het bestuur.

  6. Voorts eindigt het donateurschap ten gevolge van overlijden of van ophouden te bestaan en door schriftelijke of langs elektronische weg gedane opzegging van de donateur.

 

Pagina 8

 

Bestuur: samenstelling en benoeming.

Artikel 12

  1. Het bestuur bestaat uit een door de algemene vergadering vast te stellen aantal van ten minste drie meerderjarige natuurlijke personen.

  2. Bestuursleden worden door de algemene vergadering benoemd uit de leden.

  3. De voorzitter, secretaris en penningmeester van het bestuur worden in functie benoemd. De functies van secretaris en penningmeester kunnen in één persoon verenigd worden. De overige functies binnen het bestuur worden onderling verdeeld.

  4. De benoeming van bestuursleden geschiedt uit een of meer bindende voordrachten, onverminderd het bepaalde in het volgende lid. Tot het opmaken van zulk een voordracht zijn bevoegd zowel het bestuur als tien of meer leden. De voordracht van het bestuur wordt bij de oproeping voor de vergadering meegedeeld. Een voordracht door tien of meer leden moet uiterlijk vijf dagen vóór de aanvang van de vergadering schriftelijk of langs elektronische weg bij het bestuur worden ingediend, tezamen met een schriftelijke of elektronische verklaring van de kandidaat dat hij een benoeming zal aanvaarden. Een dergelijke bindende voordracht wordt op de algemene vergadering meegedeeld.

  5. Aan elke voordracht kan het bindend karakter worden ontnomen door een met een meerderheid van ten minste twee derden van de uitgebrachte stemmen genomen besluit van de algemene vergadering.

  6. Is geen voordracht opgemaakt, of besluit de algemene vergadering overeenkomstig het bepaalde in het vorige lid aan de opgemaakte voordrachten het bindend karakter te ontnemen, dan is de algemene vergadering vrij in haar keuze.

  7. Indien er meer dan een bindende voordracht is, geschiedt de benoeming uit die voordrachten.

 

Bestuur: einde bestuurslidmaatschap, periodiek aftreden, schorsing.

Artikel 13

  1. Een bestuurslid kan te allen tijde door de algemene vergadering worden geschorst en ontslagen. Een besluit tot schorsing of ontslag van een bestuurslid kan slechts door de algemene vergadering worden genomen met een meerderheid van ten minste twee derden van de uitgebrachte stemmen en mits het desbetreffende bestuurslid in de gelegenheid is gesteld zich tegenover de algemene vergadering te verklaren.

  2. Een schorsing die niet binnen drie maanden wordt gevolgd door een besluit tot ontslag eindigt door verloop van die termijn. Gedurende de periode waarin een bestuurslid is geschorst, kan dit bestuurslid zijn functie niet uitoefenen.

  3. Elk bestuurslid treedt uiterlijk drie jaar na zijn benoeming af, volgens een door het bestuur op te maken rooster van aftreden. De aftredende is terstond, al dan niet aansluitend, doch ten hoogste tweemaal herbenoembaar, telkens voor een

     

    Pagina 9

     

    periode van uiterlijk drie jaar. Hetgeen in deze statuten over de benoeming van bestuursleden is bepaald, is van overeenkomstige toepassing op de herbenoeming van bestuursleden. Wie in een tussentijdse vacature wordt benoemd, neemt op het rooster van aftreden in beginsel de plaats van zijn voorganger in.

  4. In tussentijdse vacatures wordt door de eerstvolgende algemene vergadering voorzien.

  5. Het bestuurslidmaatschap eindigt voor een bestuurslid:

    1. door zijn overlijden;

    2. door het verstrijken van de periode waarvoor hij is benoemd of door zijn aftreden volgens het rooster van aftreden als bedoeld in lid 3;

    3. door zijn vrijwillig aftreden;

    4. door zijn ondercuratelestelling of door een rechterlijke beslissing waarbij als gevolg van zijn lichamelijke of geestelijke toestand een bewind over een of meer van zijn goederen wordt ingesteld;

    5. doordat hij failliet wordt verklaard, surséance van betaling aanvraagt of verzoekt om toepassing van de schuldsaneringsregeling als bedoeld in de Faillissementswet;

    6. door het eindigen van zijn lidmaatschap van de vereniging;

    7. door zijn ontslag aan hem verleend door de algemene vergadering.

 

Bestuur: besluitvorming.

Artikel 14

  1. Van het verhandelde in elke bestuursvergadering worden notulen opgemaakt. Deze notulen worden in de eerstvolgende vergadering door het bestuur vastgesteld. In afwijking van hetgeen de wet dienaangaande bepaalt, is het oordeel van de voorzitter omtrent de totstandkoming en de inhoud van een besluit van het bestuur niet beslissend.

  2. Het bestuur vergadert minstens twee keer per jaar en verder zo vaak, als de voorzitter, de secretaris of twee andere bestuursleden dit wenselijk achten.

  3. Vergaderingen van het bestuur worden gehouden ter plaatse als bij de oproeping bepaald.

  4. De vergaderingen van het bestuur worden schriftelijk of langs elektronische weg opgeroepen door of namens de voorzitter van het bestuur met inachtneming van een termijn van ten minste zeven dagen, de dag van oproeping en die van de vergadering daaronder niet begrepen.

    Op een daartoe strekkend verzoek van de secretaris of ten minste twee andere bestuursleden dient de voorzitter binnen één week na ontvangst van dat verzoek over te gaan tot oproeping tot een bestuursvergadering bij gebreke waarvan de verzoeker(s) zelf de vergadering kunnen (doen) oproepen.

    De oproepingsbrief bevat de datum, het uur en de plaats van de vergadering, alsmede de agenda.

     

    Pagina 10

     

  5. Indien de oproepingstermijn vermeld in het vorige lid niet in acht is genomen, kan ter vergadering slechts besluitvorming plaatsvinden met algemene stemmen van alle in functie zijnde bestuursleden.

    Deze wijze van besluitvorming geldt tevens met betrekking tot onderwerpen die niet geplaatst zijn op de agenda in het vorige lid vermeld.

  6. Toegang tot de bestuursvergaderingen hebben de bestuursleden, alsmede zij die daartoe door de voorzitter van het bestuur worden uitgenodigd. Geschorste bestuursleden hebben geen toegang tot de bestuursvergaderingen.

  7. De voorzitter van het bestuur heeft de leiding van de vergaderingen van het bestuur. Bij afwezigheid van de voorzitter van het bestuur, heeft de secretaris van het bestuur de leiding van de vergaderingen van het bestuur. Bij afwezigheid van zowel de voorzitter als de secretaris van het bestuur voorziet het bestuur zelf in de leiding van zijn vergaderingen.

  8. Het bestuur kan slechts geldige besluiten nemen in een vergadering, waarin ten minste de helft van de in functie zijnde bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd is. Een bestuurslid kan zich door een ander bestuurslid bij schriftelijke volmacht ter vergadering doen vertegenwoordigen. Aan de eis van schriftelijkheid van de volmacht wordt voldaan indien de volmacht elektronisch is vastgelegd.

    Een bestuurslid kan als gevolmachtigde slechts voor één ander bestuurslid ter vergadering zijn stem uitbrengen.

  9. Ieder bestuurslid heeft het recht tot het uitbrengen van één stem.

  10. Alle besluiten in bestuursvergaderingen worden genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Blanco stemmen worden geacht niet te zijn uitgebracht. Indien de stemmen staken, is het voorstel verworpen.

  11. Alle stemmingen geschieden mondeling. Echter kan de voorzitter bepalen dat de stemmen schriftelijk worden uitgebracht. Indien het betreft een verkiezing van personen kan ook een aanwezige stemgerechtigde verlangen dat de stemmen schriftelijk worden uitgebracht. Schriftelijke stemming geschiedt door middel van ongetekende stembriefjes.

  12. Het bestuur kan ook op andere wijze dan in vergadering besluiten nemen, mits alle in functie zijnde bestuursleden in de gelegenheid worden gesteld hun stem uit te brengen, en zij zich allen schriftelijk of langs elektronische weg, vóór het voorstel hebben verklaard. Van een buiten vergadering genomen besluit wordt door de secretaris een relaas opgemaakt, dat in de eerstvolgende vergadering wordt vastgesteld. Het aldus vastgestelde relaas wordt tezamen met de in de eerste zin van dit lid bedoelde stukken bij de notulen gevoegd.

  13. Onverminderd het bepaalde in de vorige leden kan een bestuurslid ook door middel van een elektronisch communicatiemiddel, daaronder begrepen telefonisch, aan de bestuursvergaderingen deelnemen, daarin het woord voeren en zijn stem uitbrengen. Daartoe is vereist dat het bestuurslid via het elektronisch communicatiemiddel i) kan worden geïdentificeerd, ii) rechtstreeks

     

    Pagina 11

     

    kan kennisnemen van de verhandelingen ter vergadering, iii) kan deelnemen aan de beraadslaging en iv) het stemrecht kan uitoefenen.

  14. Nadere regels omtrent de vergaderingen en de besluitvorming van het bestuur en omtrent het stemmen in bestuursvergaderingen door middel van een elektronisch communicatiemiddel kunnen door het bestuur in een reglement worden vastgesteld.

 

Bestuur: bestuurstaak en vertegenwoordiging.

Artikel 15

  1. Het bestuur is, behoudens beperkingen volgens de statuten, belast met het besturen van de vereniging.

  2. Indien het aantal bestuursleden beneden het op enig moment door de algemene vergadering vastgestelde minimum is gedaald, blijft het bestuur bevoegd. Het is echter verplicht zo spoedig mogelijk een algemene vergadering te beleggen, waarin de voorziening in de open plaats of open plaatsen aan de orde komt.

  3. Het bestuur is, mits met goedkeuring van de algemene vergadering, bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen en van overeenkomsten waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt en tot vertegenwoordiging van de vereniging terzake van deze handelingen. Op het ontbreken van deze goedkeuring kan tegen derden beroep worden gedaan.

  4. Onverminderd het in de laatste volzin van het vorige lid bepaalde, wordt de vereniging vertegenwoordigd door:

    1. hetzij het bestuur;

    2. hetzij twee gezamenlijk handelende bestuursleden.

  5. Het bestuur kan besluiten tot het verlenen van volmacht aan een of meer bestuursleden, alsook aan derden, om de vereniging binnen de grenzen van die volmacht te vertegenwoordigen.

  6. In alle gevallen waarin de vereniging een tegenstrijdig belang heeft met een of meer van zijn bestuursleden kan de algemene vergadering een of meer personen aanwijzen om de vereniging te vertegenwoordigen.

  7. De vereniging is als gewoon lid van de bond, als bedoeld in artikel 5 lid 1 sub a en lid 2 van de statuten van de bond, ingedeeld in een gewest van de bond, als bedoeld in artikel 7 lid 1 van de statuten van de bond, en kan middellijk of onmiddellijk deelnemen aan de verkiezing van gewestelijke afgevaardigden, overeenkomstig het bepaalde in artikel 13 lid 3 van de statuten van de bond. Elk van deze gewestelijke afgevaardigden heeft het recht om ter vergadering van de ledenraad van de bond ten minste één stem uit te brengen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 14 lid 4 sub a tot en met sub c van de statuten van de bond.

 

Pagina 12

 

Boekjaar, jaarverslag, jaarrekening, rekening en verantwoording.

Artikel 16

 

  1. Het verenigingsjaar (tevens het boekjaar van de vereniging) loopt van één mei tot en met 30 april.

  2. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging zodanige aantekeningen te houden dat daaruit te allen tijde zijn rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.

  3. Het bestuur brengt op de jaarlijkse algemene vergadering binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering, een jaarverslag uit over de gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid. Het legt de jaarrekening ter goedkeuring aan de algemene vergadering over, waarbij gevoegd, indien aan een accountant als bedoeld in het volgende lid opdracht tot onderzoek van de jaarrekening is verleend, een verklaring omtrent de getrouwheid daarvan afkomstig van deze accountant. De jaarrekening wordt ondertekend door de bestuursleden; ontbreekt de ondertekening van een of meer van hen, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt. Na verloop van de termijn kan ieder lid van de gezamenlijke bestuursleden in rechte vorderen dat zij deze verplichtingen nakomen.

  4. De vereniging kan opdracht tot onderzoek van de jaarrekening verlenen aan een accountant bedoeld in artikel 2:393 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek. Tot het verlenen van de opdracht aan de accountant is de algemene vergadering bevoegd. Gaat deze daartoe niet over, dan is het bestuur bevoegd.

    De accountant brengt omtrent zijn onderzoek verslag uit aan het bestuur, en geeft de uitslag van zijn onderzoek weer in een verklaring omtrent de getrouwheid van de jaarrekening. Indien aan een accountant opdracht tot onderzoek van de jaarrekening is verleend, is het bestuur verplicht hem ten behoeve van zijn onderzoek alle door hem gevraagde inlichtingen te verschaffen, hem desgewenst de kas en de waarden te vertonen en de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de vereniging voor raadpleging beschikbaar te stellen.

  5. Indien geen opdracht aan een accountant als bedoeld in het vorige lid tot onderzoek van de jaarrekening is verleend, benoemt de algemene vergadering jaarlijks uit de leden een commissie van ten minste twee personen, die geen deel van het bestuur mogen uitmaken. De commissie onderzoekt de jaarrekening en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar bevindingen uit. Het bestuur is verplicht de commissie ten behoeve van haar onderzoek alle door haar gevraagde inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te vertonen en de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de vereniging voor raadpleging beschikbaar te stellen. Vereist het onderzoek bijzondere

     

    Pagina 13

     

    boekhoudkundige kennis, dan kan de commissie zich door een deskundige doen bijstaan.

  6. De last van de in het vorige lid bedoelde commissie kan te allen tijde door de algemene vergadering worden herroepen, doch slechts door de benoeming van een andere commissie.

  7. Goedkeuring van de jaarrekening door de algemene vergadering strekt niet tot decharge van de bestuursleden voor het gevoerde beleid over het afgelopen boekjaar.

    Nadat het voorstel tot goedkeuring van de jaarrekening aan de orde is geweest, zal aan de algemene vergadering het voorstel worden gedaan om decharge te verlenen aan de bestuursleden voor het door hen gevoerde beleid over het afgelopen boekjaar, voorzover van dat beleid uit de jaarrekening blijkt of over dat beleid in de algemene vergadering mededelingen zijn gedaan.

  8. Het bestuur is verplicht de bescheiden bedoeld in dit artikel gedurende zeven jaren te bewaren.

  9. De op een gegevensdrager aangebrachte gegevens, uitgezonderd de op papier gestelde balans en staat van baten en lasten, kunnen op een andere gegevensdrager worden overgebracht en bewaard, mits de overbrenging geschiedt met juiste en volledige weergave van de gegevens en deze gegevens gedurende de volledige bewaartijd beschikbaar zijn en binnen redelijke tijd leesbaar kunnen worden gemaakt.

 

Algemene vergadering.

Artikel 17

  1. Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan andere organen zijn opgedragen.

  2. In de in lid 3 van het vorige artikel bedoelde jaarlijkse algemene vergadering komen onder meer aan de orde:

    1. het jaarverslag en de rekening en verantwoording bedoeld in artikel 15, met het verslag van de aldaar bedoelde accountant dan wel commissie;

    2. voorziening in eventuele vacatures;

    3. voorstellen van het bestuur of de leden, aangekondigd bij de oproeping voor de vergadering.

  3. Andere algemene vergaderingen worden gehouden, zo dikwijls het bestuur dit wenselijk oordeelt.

  4. Voorts is het bestuur op schriftelijk verzoek van ten minste een zodanig aantal leden als is gerechtigd tot het uitbrengen van ten minste een tiende gedeelte van het aantal stemmen dat in een voltallige algemene vergadering kan worden uitgebracht, verplicht tot het bijeenroepen van een algemene vergadering op een termijn van niet langer dan vier weken.

Indien aan het verzoek binnen veertien dagen geen gevolg wordt gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan door oproeping

 

Pagina 14

 

overeenkomstig het bepaalde in artikel 21 of bij advertentie in ten minste één in de plaats van vestiging van de vereniging veel gelezen dagblad, met inachtneming van de in artikel 21 bedoelde oproepingstermijn. De verzoekers kunnen alsdan anderen dan de bestuursleden belasten met de leiding van de algemene vergadering en het opstellen van de notulen.

 

Algemene vergadering: toegang en stemrecht.

Artikel 18

  1. Toegang tot de algemene vergadering hebben alle leden. Geschorste leden hebben enkel toegang tot de vergadering waarin het besluit tot schorsing van het lid wordt behandeld, en zijn bevoegd daarover dan het woord te voeren.

  2. Over toelating van andere dan de in lid 1 bedoelde personen beslist het bestuur dan wel de voorzitter van de algemene vergadering.

  3. Ieder lid heeft één stem. Dit geldt ook voor ereleden en leden van verdienste.

  4. Een lid kan door een ander daartoe schriftelijk gevolmachtigd lid ter vergadering zijn stem doen uitbrengen. Een lid kan als gevolmachtigde slechts voor één ander lid ter vergadering zijn stem uitbrengen. Aan de eis van schriftelijkheid van de volmacht wordt ook voldaan indien de volmacht elektronisch is vastgelegd.

  5. Onverminderd het bepaalde in de vorige leden kan een lid ook door middel van een elektronisch communicatiemiddel aan de algemene vergaderingen deelnemen, daarin het woord voeren en zijn stem uitbrengen. Daartoe is vereist dat het lid via het elektronisch communicatiemiddel i) kan worden geïdentificeerd, ii) rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen ter vergadering, iii) kan deelnemen aan de beraadslaging en iv) het stemrecht kan uitoefenen.

  6. Nadere regels omtrent het deelnemen aan en het stemmen in algemene vergaderingen door middel van een elektronisch communicatiemiddel kunnen door het bestuur, met goedkeuring van de algemene vergadering, in een reglement worden vastgesteld.

 

Algemene vergadering: voorzitterschap en notulen.

Artikel 19

  1. De voorzitter van het bestuur heeft de leiding van de algemene vergaderingen. Bij afwezigheid van de voorzitter van het bestuur, heeft de secretaris van het bestuur de leiding van de algemene vergaderingen. Bij afwezigheid van de zowel de voorzitter als de secretaris van het bestuur voorziet de algemene vergadering zelf in de leiding van haar vergaderingen.

  2. Van het verhandelde in elke algemene vergadering worden notulen opgemaakt. Deze notulen worden in de eerstvolgende algemene vergadering vastgesteld, en ten blijke daarvan ondertekend door de voorzitter en door degene die de notulen heeft opgesteld. Zij die de algemene vergadering bijeenroepen kunnen een

 

Pagina 15

 

notarieel proces-verbaal van het verhandelde doen opmaken. De inhoud van de notulen of van het proces-verbaal wordt ter kennis van de leden gebracht.

 

Algemene vergadering: besluitvorming.

Artikel 20

  1. Het ter algemene vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter omtrent de uitslag van een stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit voor zover gestemd werd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel.

  2. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van een in het vorige lid bedoeld oordeel de juistheid ervan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats, indien de meerderheid van de algemene vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.

  3. Voor zover de statuten of de wet niet anders bepalen, worden alle besluiten van de algemene vergadering genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen.

  4. Ongeldige stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht. Als ongeldige stemmen worden aangemerkt stemmen of stembiljetten die naar het oordeel van de voorzitter van de vergadering dan wel van de voorzitter van het daartoe ingestelde stembureau:

    1. blanco zijn;

    2. ondertekend zijn;

    3. onleesbaar zijn;

    4. een persoon niet duidelijk aanwijzen;

    5. een naam bevatten van een persoon die niet kandidaat is gesteld, tenzij er een vrije verkiezing is;

    6. voor een verkiesbare plaats meer dan één naam bevatten;

    7. meer bevatten dan een duidelijke aanwijzing van de persoon, die wordt bedoeld.

      De voorzitter van de vergadering kan ter vergadering een stembureau instellen, dat bestaat uit een door hem te bepalen aantal leden, waaronder ten minste een door hem in functie aan te wijzen voorzitter en één ander lid.

  5. Indien bij een verkiezing van personen niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen, heeft een tweede stemming, of in geval van een bindende voordracht, een tweede stemming tussen de voorgedragen kandidaten, plaats. Heeft alsdan weer niemand de volstrekte meerderheid verkregen, dan vinden herstemmingen plaats, totdat hetzij één persoon de volstrekte meerderheid heeft gekregen, hetzij tussen twee personen is gestemd en de stemmen staken. Bij deze herstemmingen, waaronder niet is begrepen de tweede stemming, wordt telkens gestemd tussen de personen, op wie bij de voorafgaande stemming is gestemd,

     

    Pagina 16

     

    evenwel uitgezonderd de persoon, op wie bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen is uitgebracht. In geval bij een stemming tussen twee personen de stemmen staken, beslist het lot wie van beiden is gekozen. Ingeval van loting bepaalt de voorzitter van de vergadering de wijze van loting.

  6. Indien de stemmen staken over een voorstel niet betreffende een verkiezing van personen, dan is het verworpen.

  7. Alle stemmingen geschieden mondeling, tenzij de voorzitter een schriftelijke stemming wenselijk acht of een of meer van de stemgerechtigden zulks vóór de stemming verlangen. Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende gesloten briefjes. Besluitvorming bij acclamatie is mogelijk, tenzij een stemgerechtigde hoofdelijke stemming verlangt.

  8. Een eenstemmig besluit van alle stemgerechtigde leden, ook al zijn deze niet in een algemene vergadering bijeen, heeft, mits met voorkennis van het bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van de algemene vergadering.

  9. Zolang in een algemene vergadering alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn, kunnen geldige besluiten worden genomen, mits met algemene stemmen, omtrent alle aan de orde komende onderwerpen, dus mede een voorstel tot statutenwijziging of tot ontbinding, ook al heeft geen oproeping plaatsgehad of is deze niet op de voorgeschreven wijze geschied of is enig ander voorschrift omtrent het oproepen en houden van algemene vergaderingen of een daarmee verband houdende formaliteit niet in acht genomen.

 

Algemene vergadering: bijeenroeping.

Artikel 21

  1. De algemene vergaderingen worden, onverminderd het bepaalde in artikel 17 lid 4, bijeengeroepen door het bestuur. De oproeping geschiedt door toezending van een schriftelijke aankondiging aan de adressen van alle leden volgens het ledenregister. De oproeping kan tevens geschieden langs elektronische weg. De termijn voor de oproeping bedraagt ten minste zeven dagen, de dag van de verzending niet meegerekend.

  2. Bij de oproeping worden de te behandelen onderwerpen vermeld, onverminderd het bepaalde in de artikelen 23 en 24.

 

Commissies.

Artikel 22

  1. Het bestuur is bevoegd om onder zijn verantwoordelijkheid, tijdelijk dan wel permanent, bepaalde onderdelen van zijn taak te laten uitvoeren door commissies dan wel om zich door commissies te doen adviseren. De leden van een dergelijke commissie worden benoemd, geschorst en ontslagen door het bestuur, dat eveneens de taken en bevoegdheden van deze commissie vastlegt.

  2. Van het instellen van dergelijke commissies en van het benoemen van leden van dergelijke commissies doet het bestuur mededeling aan de leden.

 

Pagina 17

 

Statutenwijziging.

Artikel 23

  1. In de statuten van de vereniging kan geen verandering worden gebracht dan door een besluit van een algemene vergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijziging van de statuten zal worden voorgesteld.

    De termijn voor oproeping tot een zodanige vergadering bedraagt ten minste zeven dagen.

  2. Zij, die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten ten minste vijf dagen vóór de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgedragen wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzake leggen tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden.

  3. Een besluit tot statutenwijziging behoeft een meerderheid van ten minste twee derden van de uitgebrachte stemmen en de goedkeuring van het algemeen bestuur.

  4. Een statutenwijziging treedt niet in werking, dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. Tot het doen verlijden van de akte is ieder bestuurslid zelfstandig bevoegd.

 

Ontbinding en vereffening.

Artikel 24

  1. De vereniging kan worden ontbonden door een besluit van de algemene vergadering. Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 van het voorgaande artikel is van overeenkomstige toepassing op een besluit tot ontbinding.

  2. Bij ontbinding van de vereniging wordt zijn vermogen vereffend door de bestuursleden, indien en voor zover de algemene vergadering niet anders bepaalt.

  3. Bij het besluit tot ontbinding stelt de algemene vergadering de bestemming vast van hetgeen na voldoening van de schuldeisers van het vermogen van de ontbonden vereniging is overgebleven, met dien verstande dat dit niet zal worden uitgekeerd aan de leden, maar, overeenkomstig de doelstellingen van de vereniging, zal worden uitgekeerd aan een of meer instellingen met een vergelijkbare doelstelling.

  4. Na de ontbinding blijft de vereniging voortbestaan voorzover dit tot vereffening van het vermogen nodig is. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van deze statuten en reglementen van de vereniging voor zover mogelijk van kracht. In stukken en aankondigingen die van de vereniging uitgaan, moet aan zijn naam worden toegevoegd 'in liquidatie'.

  5. De boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de ontbonden vereniging worden, nadat de vereniging heeft opgehouden te bestaan, bewaard gedurende de

 

Pagina 18

 

door de wet daarvoor bepaalde termijn, door de door de vereffenaars daartoe aangewezen persoon.

 

Huishoudelijk reglement en andere reglementen.

Artikel 25

  1. Behoudens het elders bij of krachtens deze statuten bepaalde, worden alle reglementen van de vereniging, waaronder begrepen het huishoudelijk reglement, door het bestuur, met goedkeuring van de algemene vergadering, vastgesteld en kunnen zij door het bestuur, met goedkeuring van de algemene vergadering, worden gewijzigd of geschrapt.

  2. In het huishoudelijk reglement en de andere reglementen van de vereniging worden die onderwerpen geregeld die in deze statuten niet of niet volledig zijn geregeld. Het huishoudelijk reglement en de andere reglementen van de vereniging mogen niet in strijd zijn met de wet, ook waar deze geen dwingend recht bevat, en deze statuten.

 

Slotbepaling.

Artikel 26

Onverminderd het bepaalde in artikel 7 lid 3, beslist het bestuur in alle gevallen, waarin noch de wet, noch deze statuten, noch de reglementen van de vereniging voorzien.

 

 

Pagina 19

Aanschaf HVHW helm 

Olsthoorn greenhouseprojects logo 240
Boetzelear logo origineel

Logo Hof 180

 

Gast is koning

 Grootscholten logo 26 5 180


oomslogo2024 trans 

 

ruitenburg logo grijs

 
Dierenkliniek Westland

 

 

hvhw jeugdbanner 300


vankoppen logo 200

Logo Kwekerij De Wilg (2)

Logo Kool en Jole

Logo LindaVanDerVoort

Logo tuttobici 180

Hamiplant logo 180

olsthoorn makelaars 283

finmaster logo

Logo Funghi trans 180 53

logo Promoplants fc 180